Ontwikkeling slimme steden meer dan een hype
Ontwikkeling slimme steden meer dan een hype
wo 4 december 2013
Steden worden in groeiende mate geconfronteerd met structurele uitdagingen over transport, energieverbruik, de gebouwde omgeving en de zorg. Overheden staan voor de uitdaging om de kwaliteit van leven te verbeteren, terwijl daar steeds minder middelen voor zijn.
Deze ontwikkelingen sporen volgens bureau Berenschot aan tot een grootschalige integrale aanpak, waarbij draagvlak en kennisdeling essentieel zijn. ‘Overheden staan voor de uitdaging de kwaliteit van leven te verbeteren, terwijl daar steeds minder middelen voor zijn. Deze ontwikkelingen sporen aan op een grootschalige integrale aanpak, waarbij draagvlak en kennisdeling essentieel zijn. Een integrale aanpak en afstemming tussen diverse sectoren is hierbij cruciaal.’
Het project Sensor City Assen, dat wil uitgroeien tot een living lab voor ICT/sensortoepassingen, sluit naadloos aan bij die doelstelling. In de Drentse hoofdstad is een glasvezelnetwerk aangelegd dat onderzoek naar sensortechnologie mogelijk maakt. Inmiddels zijn zo’n 200 meetpunten aangesloten waarop sensoren gekoppeld worden. Denk bijvoorbeeld aan sensoren die temperatuur of neerslag meten. Maar ook lussen in het wegdek of verkeersregelinstallaties.
Sensor City en Assen gaan het netwerk volop gebruiken om het verkeer in goede banen te leiden. Bijvoorbeeld bij evenementen als de TT. En de doorgaande route bij het Asser station dat helemaal op de schop gaat. Sensortechnologie helpt om automobilisten langs wegafsluitingen te leiden op basis van de meest actuele verkeerssituatie die dankzij het stedelijk sensornetwerk beschikbaar is. Een persoonlijk reisadvies dus, via slimme kastjes in de auto of speciale reisapps.
Met Assen Sensor City wil de stad zich ontwikkelen tot een stadsgroot living lab. De schaal van de stad leent zich daar volgen de website ‘overmobiliteit.nl’ heel goed voor: ‘niet te klein, maar ook niet te groot’. Een lab om ICT/sensoroplossingen te zoeken voor stedelijke problemen op het terrein van zorg, mobiliteit, watermanagement, energie of bijvoorbeeld veiligheid. Zulke oplossingen kunnen in Assen worden getest en mogelijk later worden uitgerold in andere steden. De ruimtelijke inrichting van Nederland speelt zich steeds meer af op lokaal niveau.
In het Spaanse Santander is negen miljoen euro uitgegeven aan 20.000 sensoren op gebouwen, stoepranden en straatlantaarns. Ook Wenen, Stockholm,, Barcelona en Birmingham willen een zelfbenoemde smart city worden (want criteria om je zo te noemen bestaan niet). In India transformeert een Citymanager een gebied rondom een stuwmeer tot de gloednieuwe stad Lavasa, met de look en feel van de Italiaanse Rivièra en gerund als een bedrijf.
Groningen heeft zichzelf bijvoorbeeld in maart 2012 als "Smart City" gepresenteerd tijdens een Europese Top in Kopenhagen. Maar voor wat José Manuel Barroso, de voorzitter van de Europese Commissie, betrof, was dat niet meer nodig: die wist dat al. Hij zei Groningen te kennen en vindt het een voorbeeld van een stad met mooie kansen. Groningen heeft volgens het college vanwege de ambities op het gebied van Energie en Healthy Ageing Europa hard nodig en wil zichzelf daarom afficheren als moderne Europese stad.
De gemeente Roosendaal wil zich op de kaart zetten als 'Smart Retail City', waarbij ze een proeftuin wordt voor de integratie van online en offline diensten in de binnenstad. Smart Cities was één van de thema’s van de vijfde Innovatie-estafette, die in november in de RAI in Amsterdam werd gevierd.
In Amsterdam zijn bedrijven, overheid en kennisinstellingen ook samen bezig. Er is gekozen voor 43 projecten rondom wonen, werken, mobiliteit etc. Via een online platform kunnen particulieren bijvoorbeeld op een veilige manier elkaars auto huren. Een kastje in de auto registreert het aantal gereden kilometers en waar de auto staat. Er zijn al bijna 30 auto’s daartoe aangepast. Het idee is dat de jonge generatie wel kilometers wil maken maar niet zo gebrand is op het bezitten van een auto. Je kunt er ook voor kiezen om de gereden kilometers voor je werk op je elektrische fiets via je smartphone bij te houden en te declareren.
De stad Almere zal de komende twintig jaar sterk groeien en staat voor de uitdaging deze groei te combineren met het streven naar een veiliger, leefbaarder, zuiniger en gezonder stad. Een consortium van Cisco, Philips, IBM, Liander en Living PlanIT gaat nu samen met Economic Development Board Almere werken aan een ‘smart society’, door een steeds slimmere inzet van ICT, mensen en middelen bij het beheren en ontwikkelen van de stad.
Uiteindelijk draait alles om smart cities om slimme informatiesystemen. Wie heeft er tegenwoordig nu niet een navigatiesysteem in de auto? We vertrouwen daar duidelijk meer op dan de matrixborden van de overheid. Een centraal computersysteem verzamelt ook in Assen allerlei data via o.a. sensoren uit de stad. Daar profiteert de overheid van, maar vooral de weggebruiker.
Het lijkt een hype, maar de achterliggende ontwikkeling is reden om te denken dat het dat toch niet is. Stedelijk gebied wordt steeds belangrijker. Op termijn woont 70 procent van de wereldbevolking op drie procent van het aardoppervlak. Deze bevolkingsgroep draagt voor ruim 90 procent bij aan het bruto nationaal product. Het wordt van cruciaal belang om de verschillende functies van de stad goed op elkaar te laten aansluiten. De overheid moet volgens een betrokken marktpartij als IBM daarbij regisseren en faciliteren, bijvoorbeeld met aandacht voor Smart Cities bij aanbestedingen, en kennisinstellingen moeten nadenken hoe ze kennis slimmer kunnen delen. Burgers moeten volgens IBM worden geïnformeerd, betrokken en geïnspireerd.
Al die smart cities kennen als het goed is de naam ‘Songdo’, de Zuid-Koreaanse modelstad van de toekomst. http://www.youtube.com/watch?v=cVtvlQ4Jzbw Op een zandbank in de Gele Zee wordt hoogtechnologische stad gebouwd, waar alles wordt gemeten, zelfs wie wanneer zijn vuilnis weggooit. De eerste conclusie van sociaal Richard Sennett: ‘No one likes a city that’s too smart.’